Relatie burger-overheid

•       We werken aan een overheid die betrouwbaar, dienstbaar, dichtbij en rechtvaardig is. We willen dat mensen altijd persoonlijk in contact kunnen komen met de overheid, bijvoorbeeld via een loket waar mensen terecht kunnen met vragen, en essentiële voorzieningen zo veel mogelijk behouden blijven. Het kabinet zet het programma Werken aan Uitvoering voort. Hierbij trekt het kabinet nadrukkelijk samen op met gemeenten, die als eerste overheid optreden.  
•       We beoordelen wetten op eenvoud, menselijke maat en uitvoering en verbeteren waar nodig. Het mag niet zo zijn dat mensen die onbedoeld een fout maken, direct als fraudeur worden bestempeld. In de uitvoering moet ruimte zijn om af te wijken als de gevolgen voor mensen onevenredig  groot zijn. Waar mogelijk krijgen professionals in de uitvoering meer beslisruimte. We nemen daarvoor hardheidsclausules op in de wet.
•       Er komt in lijn met het rapport van de Tijdelijke Commissie Uitvoeringsorganisaties (TCU) (Kamerstuk 35387, nr. 3) meer aandacht voor de uitvoeringstoets door instanties zelf, beter inzicht in mogelijkheden van systemen en ICT, het toetsen van voorstellen uit de Kamer op uitvoerbaarheid, een ‘doenvermogenstoets’, en mogelijk een ’generatietoets’. Grote wetsvoorstellen worden voorafgegaan door een hoofdlijnenbrief. De effecten van wetgeving op de uitvoering worden na één jaar geëvalueerd (invoeringstoets).
•       We vergroten de toegang tot het recht voor burgers en mkb door griffierechten te verlagen. En we versterken de sociale advocatuur.  
•       Er komt een laagdrempelige, onafhankelijke fiscale rechtshulp naar voorbeeld van de Amerikaanse ‘Taxpayers Advocate Service’.  
•       We stimuleren op lokaal niveau mogelijkheden voor burgerparticipatie en burgerinitiatieven, zoals een uitdaagrecht waarbij mensen de mogelijkheid hebben om publieke taken over te nemen van de gemeenten, met de publieke middelen die hiervoor nodig zijn.